Inzicht in de impact van FSMA Rule 204 op samenwerking tussen bedrijven en traceerbaarheid
In een zich ontwikkelend landschap waar de voedingsindustrie een piek ziet in de vraag naar eersteklas producten en te maken heeft met gebeurtenissen zoals de vogelgriep die de eierprijzen beïnvloedt, zorgt de aanstaande handhaving van FSMA Rule 204 voor nieuwe uitdagingen en vraagt om nauwere samenwerking in de hele voedselvoorzieningsketen.
De regel, die deel uitmaakt van de Food Safety Modernization Act van de Food and Drug Administration, zal strenge traceerbaarheidseisen afdwingen en het netwerk van leveranciers, fabrikanten en retailers onder druk zetten om gegevens effectief te coördineren en te delen. Het gaat er niet alleen om de officiële deadline van 20 januari 2026 te halen; het gaat erom de manier waarop traceerbaarheid werkt in een ecosysteem met meerdere lagen opnieuw te bekijken.
Communicatie in samenwerking: De sleutel tot naleving van FSMA 204
Zoals Amy Behm van GS1 US aangeeft, is de bedoeling van de regel op papier eenvoudig: de FDA beter in staat stellen om uitbraken van door voedsel overgedragen ziekten te onderzoeken en terugroepacties efficiënt te beheren. De uitdaging komt voort uit de noodzaak om gegevenselementen zoals de Traceability Lot Code (TLC) consistent te standaardiseren in de hele toeleveringsketen. Deze coördinatie-inspanning is erop gericht om de onderzoekstijd drastisch te verkorten, waarbij dankzij gestroomlijnde gegevens wordt overgestapt van maanden van handmatige gegevenskoppeling naar slechts enkele dagen.
De gevolgen van een betere traceerbaarheid in de praktijk, zoals die naar voren kwamen bij de recente uitbraak van vogelgriep, onderstrepen de urgentie van het gebruik van gestandaardiseerde identificatiesystemen, zoals het GS1-systeem, voor het bijhouden van beknopte gegevens in het hele voedselvoorzieningsnetwerk.
Worstelen met FSMA 204 en eisen van de industrie
De op handen zijnde regel komt midden in een sector die in beweging is door fusies, overnames en de introductie van innovatieve producten en ingrediënten. Volgens Behm gaat het er niet om het proces ingewikkelder te maken, maar om ervoor te zorgen dat de fundamentele GS1-standaarden aanwezig zijn. Deze processen bieden een gedeelde taal voor product- en locatie-identificatie, die van onschatbare waarde is tijdens structurele veranderingen in een organisatie.
Een ander aspect waar voedingsbedrijven rekening mee moeten houden is een gedetailleerde benadering van locatie-identifiers, waarbij ze afstand nemen van het gebruik van één identificatiecode voor het hoofdkantoor en in plaats daarvan unieke identificatiecodes toekennen aan individuele faciliteiten of velden. Deze gedetailleerde aanpak is van vitaal belang om de exacte gebieden aan te wijzen die getroffen zijn door problemen zoals besmetting, waardoor een betere beheersing en beheer mogelijk wordt.
Een weg vooruit
Nu de klok tikt om te voldoen aan FSMA Rule 204, lijkt het gebruik van gestandaardiseerde identifiers en platforms zoals GS1 US Data Hub | Location het wondermiddel voor de industrie. Deze hulpmiddelen en de mentaliteitsverandering naar vroegtijdige voorbereiding en systematische samenwerking bieden voedingsmiddelenbedrijven en hun partners een veerkrachtigere toekomst in een strenge regelgevingsomgeving.
GS1 US blijft de industrie ondersteunen door een robuust raamwerk te bieden voor het identificeren, vastleggen en delen van betrouwbare gegevens die fysieke en digitale toeleveringsketens wereldwijd met elkaar verbinden, waarmee de rol van GS1 als facilitator van veilige en consistente toeleveringsketens wordt verstevigd.
Bron: Food Dive Artikel